Eindelijk goed genoeg
Eindelijk goed genoeg
Drieëntachtig is ze vandaag geworden. Ze geniet van het leven. Haar verjaardag viert ze uitgebreid met kinderen en kleinkinderen. Als ik naar haar kijk, is ze steeds met iemand anders in gesprek, voorovergebogen om niets te missen van het verhaal wat haar verteld wordt. Ik weet dat ze opkijkt tegen haar opgeleide kinderen en kleinkinderen.
Ze is de dochter van een bakker en heeft alleen maar ‘lagere school’. Over zichzelf zegt ze dat ze niet goed kon leren. Als je dat maar vaak genoeg hoort, ga je het vanzelf geloven.
Steevast komt op haar verjaardag de bijbel tevoorschijn. Aan haar kinderen vraagt ze of zij voor haar uit de bijbel willen lezen. En dat doen ze ieder jaar opnieuw.
Vanaf de zijlijn kijk ik hier naar met gemengde gevoelens.
Hardop lezen voor een groep mensen lijkt haar veel spanning te geven. Het zit haar misschien in de weg dat ze ‘niet goed kon leren’. Haar verjaardag is echter niet compleet zonder een woord uit de bijbel.
Ze beleeft haar geloof op haar eigen manier. Ik geloof anders en soms weet ik het niet. Ik vraag me af wat je eigenlijk zegt, wanneer je anderen voor jou uit de bijbel laat lezen. Welke boodschap geef je dan door?
Eén van de kinderen zegt dat ze deze keer niet uit de bijbel gaat lezen en op dat moment loop ik de keuken binnen. ‘Wil jij het misschien doen?’ vraagt ze mij. Ik ben er stil van. In een paar seconden trekt ze mij mee in een terugkerend patroon.
Ik zeg niet direct ‘nee’. Haar geloof betekent veel voor haar. Een zoektocht naar God is aan mij niet iedere dag besteed. Zij heeft een missie: ze wil laten zien waar zij voor leeft. Daar heb ik respect voor.
Ik vraag haar waarom ze zelf niet uit de bijbel leest. Ze zegt dat ze het niet durft en bang is dat ze ontroerd raakt. Dat herken ik en misschien is het daarom wel dat ik voor haar in de bres spring. Nog altijd wanneer ik voor een grote groep mensen sta, bespringt mij de angst dat ik niet uit mijn woorden kom en er tranen in mijn ogen springen.
Mij helpt het om het gewoon te doen en erop te vertrouwen dat het wel zal lukken, ook wanneer ik stotter en hakkel.
Dat vertel ik haar en haar ogen worden vochtig, terwijl ze me aankijkt. Van binnen gebeurt er iets, ze sprokkelt moed bij elkaar. Ik beloof dat ik zal helpen wanneer het echt niet lukt en dat helpt haar over de streep.
Het lijkt stiller dan anders, omdat zij gaat lezen. Ze moet het voelen: in deze liefdevolle omgeving mag ze fouten maken en is er ruimte om te leren. Eén keer hapert haar stem en zie ik haar dapper slikken. In mijn hart applaudisseer ik voor haar wanneer ze doorleest.
Door haar angst onder ogen te zien, ontdekt ze dat ze goed genoeg is.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!